In memoriam Peter Van Rossem

Aalst 22.9.1962 - Leuven 25.6.2014

Peter Van Rossem

Woensdag 25 juni 2014 zal voor altijd als een zwarte dag geboekstaafd blijven in de annalen van de Bodegemse heemkring BKW (staat voor Bodegemse Kulturele Werkgemeenschap). Op deze zomerdag overleed te Leuven in zijn woning in de Capucijnenvoer 129 zijn bestuurslid en archivaris-historicus Peter Van Rossem, moegestreden in een ongelijke strijd tegen een ongenadige ziekte.

Wij hadden zo uitgekeken naar de door onze voorzitter geplande bestuursvergadering de dag later op donderdagavond in de Faculty-club, waar wij Peter zouden terugzien. Het heeft echter niet mogen zijn. Verbijstering, verslagenheid alom. Wij wisten allen dat dit stond te gebeuren (Peter had ons eind januari reeds toevertrouwd dat hij het einde van het jaar niet zou halen) en toch kwam zijn plotse, onverwachte overlijden bijzonder hard aan bij al zijn heemvrienden.

In gedachten verwijlen wij terug naar de 70er jaren toen wij Peter als tiener leerden kennen bij zijn veelvuldige bezoeken ten huize van wijlen onze stichter-voorzitter Gilbert Romeyns. Reeds als 12jarige toonde Peter zijn grote belangstelling voor de geschiedenis van zijn geliefd geboortedorp Bodegem in een eigenhandig geschreven en met eigen tekeningen versierde boekje, ontroerend in zijn eenvoud, over ons en zijn dorp.

Peter Van Rossem
Peter Van Rossem

Zijn eerste gedrukte heemkundige bijdragen verschenen in 1984 in het boek Bodegemsche Cronijcke onder de titels: De pest te Bodegem in 1668-1669 en Geboorte-, huwelijks- en sterftegebruiken te St-Martens-Bodegem tussen de twee Wereldoorlogen. Hieruit bleek reeds zijn grote voorliefde voor de sociale geschiedschrijving en historische demografie (gebaseerd op de methode van de gezinsreconstructie). Twee jaren later in 1986 behaalde hij dan ook aan de KUL zijn diploma van licentiaat in de moderne geschiedenis.

Van zijn hand verscheen in 2006 Vijfduizend Bodegemnaren. Sociaal-demografische geschiedenis van St-Martens-Bodegem (1665-1880), zijn magnum opus, een turf van haast 500 p. dat beslist als zijn levenswerk mag worden bestempeld. Voor dit reuzenwerk, een werk waardoor hij zijn dorp Bodegem op de demografische kaart wist te zetten, verdient Peter alle lof. Ook bij zijn professor Dr. Michel Cloet genoot hij een bijzondere sympathie. Deze stelde dat studenten die een dergelijke uitgave het daglicht lieten zien en neerschreven op basis van een doorgedreven gezinsreconstructie, altijd harde werkers waren omdat het nu eenmaal een domein was en is dat vele inspanningen vergt. En inderdaad, Peter was een werker. Wij vermoeden dat er op zijn schrijftafel ook de latijnse woorden stonden Nulla dies sine linea zoals wij ooit zagen te Ingooigem bij Streuvels.

Negen jaren voordien was hij ook, samen met bestuurslid Frans Van Droogenbroeck, de auteur van het prachtige boek St-Martens-Bodegem, van Franken tot Bourgondiërs (5de tot 15de eeuw), waarin Peter de vroegste geschiedenis van Bodingahaim, de Frankische nederzetting belichtte. De laatste zes jaren werkte hij onverdroten aan de studie van de Bodegemse bijnamen, studie die praktisch beëindigd was en door onze heemkring postuum zal worden uitgegeven. Hier mag worden aangestipt dat Peter als geen ander de Bodegemse families door en door kende, mede door zijn talrijke huisbezoeken en het maken van menig op band opgenomen interview.

Met deze ongeëvenaarde Bodegemse triptiek (de drie eerdergenoemde werken) zal hij voor eeuwig verbonden blijven aan zijn geboortedorp en zijn geschiedenis en weet hij zich verzekerd van een ereplaats tussen de Bijzondere Bodegemnaars. Hij is er om een Frans woord te gebruiken incontournable. Scripta manent semper. Zijn gehechtheid aan Bodegem, zijn heemverbondenheid gaf zin en inhoud aan zijn leven.

Peter Van Rossem

Peter als voordrachtgever te Etikhove op 7 oktober 2009

Als mens was onze Peter toch wel een speciale zeldzame vogel. Wij noemden hem onze 'eeuwige student'. Met hem zich op het pad wagen om een boek uit te geven, was steeds opnieuw een waar avontuur. Zijn lijfspreuk was Haast en spoed is zelden goed. Een grote hekel had hij voor het woord dead-line. Als wij soms eens het gaspedaal wilden induwen, ging Peter steevast op de rem staan. Als perfectionist was bij hem nooit iets volledig af, steeds kon er iets bijgevoegd of verbeterd worden. En als wij uiteindelijk van mening waren dat de drukker kon opgezocht worden, nadat half Vlaanderen reeds de teksten had doorgenomen, viel telkens opnieuw de naam van Dimi (collega Dimitri Wouters) die het nog eens zou nalezen. Peter wist het klaar te spelen om van ons écht geduldige mensen te maken. Meer dan eens was er een zogezegde spoedvergadering nodig, ergens in een met sigarettendamp gevulde bruine kroeg in Ternat, Asse of Leuven, om tot het beoogde resultaat te komen. Peter was duidelijk niet de man die over het ijs van één nacht zou gaan. Maar dan aan het einde van de rit mocht het ei best gezien worden, zoals hiervoor vermeld bij zijn triptiek.

Als gids en voordrachtgever was hij onverbeterlijk. Zowel jong als oud wist hij immer te boeien. Zijn gesmaakte gidsbeurten in de kerk en het Castelhof te Bodegem leven verder in onze herinneringen en zeker deze te Leuven in de tuin van een college in de Naamsestraat. Staande in de lommerte van een boom werd Peter er door ons op gewezen dat er vlak boven zijn hoofd een vogel zat die niet zo vriendelijk naar beneden keek. Peter ging op onze waarschuwing niet in en een paar seconden later vergastte deze nijdige vogel onze gids op een 'natuurlijke lotion', pal op diens voorhoofd.

Iets waar Peter het enorm moeilijk mee had, was om van A naar B te rijden. Altijd deed hij dit via de andere letters van het alfabet, dit met het grote voordeel dat hij allengs alle hoekjes van Vlaanderen had aangedaan.

Niet enkel met ons, ouderen, kon Peter goed opschieten. Ook bij zijn leerlingen en de jeugd was hij bijzonder graag gezien en was hij een bijzonder goede leerkracht. Kortom Peter was inderdaad een goede mens, door iedereen gewaardeerd. De laatste moeilijke maanden van zijn leven, hebben wij nooit ofte nimmer één jammerklacht uit zijn mond gehoord. Moedig heeft hij zijn ziekte tot de laatste dag gedragen. Rust nu maar uit, goede vriend, je hebt je strijd gestreden. Schrijf nu maar rustig verder in het huis van de Vader en maak er alvast ook voor ons een goed plaatsje vrij, maar neemt hiervoor ook gerust de tijd want wij op onze beurt kennen geen haast.

Hoe bedroevend is het toch, dat jij die steeds de tijd nam, nu echter onverwacht en veel te vroeg door de tijd zelf bent genomen. Hoe graag hadden wij jou nog vele jaren in ons midden gezien. Jij had nog zovele plannen gesmeed voor de toekomst. Wij zullen je écht missen. Enorm dankbaar voor zo veel mooie herinneringen, nemen wij, jouw vrienden van heemkring BKW, vandaag afscheid van onze eeuwige student en vriend Peter.

Samen met Sint-Augustinus zeggen wij:
Hij is uit het leven verdwenen maar niet uit ons leven.
Zou men hem dood wanen, hij die zo levend is in ons hart.

Edgard Van Droogenbroeck
Secretaris heemkring BKW


Peter Van Rossem en onze heemkring.

Zoals hierboven reeds werd gezegd kwam Peter als tiener in de jaren 70 van vorige eeuw regelmatig (vooral tijdens de school-vakanties) op bezoek ten huize van onze stichter-voorzitter Gilbert Romeyns. Bij Gilbert kon hij werkelijk alles te weten komen over de geschiedenis van ons dorp, een gedrevenheid die hem nooit meer zou loslaten in zijn verder leven.

Na zijn lagere school bij de Broeders van de Christelijke Scholen te Ternat (Kruikenburg) ging de twaalfjarige Peter voor een viertal jaar op internaat in het Klein Seminarie te Mechelen (Latijnse afdeling). Zijn middelbare studie zou hij voltooien aan het Sint-Pieterscollege te Jette. Vervolgens studeerde hij aan de Katholieke Universiteit te Leuven en behaalde er in 1986 de graad van licentiaat in de geschiedenis met een verhandeling over de sociaal-demografische geschiedenis van Bodegem. Deze thesis zal hij in 2006 volledig herwerken tot zijn opus magnum, het boek Vijfduizend Bodegemnaren. Sociaal-demografische geschiedenis van Sint-Martens-Bodegem (1665-1880). Wat al vroeg bij de student Peter opviel, was de nauwgezetheid waarmee hij honderden gezinsfiches opmaakte op basis van de Bodegemse parochieregisters om deze vervolgens minutieus te analyseren en dienstig te maken aan de geschiedschrijving. Voorwaar een echt monnikenwerk, al kon van onze levensgenieter beslist niet gezegd worden dat hij als een monnik door het leven ging.

Vele aangename uren hebben wij samen doorgebracht ten huize van onze vroegere voorzitter Gilbert Romeyns. Daar vergastte diens echtgenote Joke steeds op speciale bereidingen die onze jonge student echter helemaal niet lustte, reden waarom hij de goede vrouw schalks 'Tapioca' noemde.

Amper 20 jaar oud werd hij Peter als bestuurslid van onze heemkring verwelkomd tijdens de bestuursvergadering van 27 mei 1983. Ten huize van onze latere voorzitter Jean-Pierre Van Der Kelen (die toen nog in de Poverstraat woonde) kreeg hij toen de taak van archivaris toegewezen, waardoor de heemkring zich tegelijk voor haar toekomstige publicaties de bijstand van een professioneel historicus verzekerde. Van dan af werd er ook geregeld vergaderd bij zijn moeder Louisa in de Sint-Martinusstraat, de eerste maal op 20 april 1984 toen de laatste hand werd gelegd aan de BKW-uitgave Bodegemsche Cronijcke. Het was in deze publicatie dat Peter zijn historiografische entree maakte in de BKW-bijdragen en waarin al zijn voorliefde voor de sociale geschiedenis tot uiting komt: 26 augustus 1668-6 november 1669. Een rampzalige periode uit de geschiedenis van Sint-Martens-Bodegem. Geboorte-, Huwelijks- en Sterftegebruiken te Sint-Martens-Bodegem tussen de twee Wereldoorlogen.

Peter Van Rossem

In mei 1989 verwezenlijkte Peter de Gelegenheidsbrochure naar aanleiding van de processie naar de 100 jaar oude "Biesemans Kapel" met Gids bij de tentoonstelling "Processietraditie te Bodegem". Deze brochure zal hij ter gelegenheid van Open Monumentendag op 10 september 1995 herwerken tot een nieuwe uitgave onder de titel De processietraditie te Bodegem.

Op initiatief van Peter organiseerde onze heemkring op 22, 23 en 24 oktober 1993 de mooie en geslaagde tentoonstelling Bodegem op oude kaarten. Aan de hand van een prachtige verzameling figuratieve caerten werd er toen in de grote zaal van het trefcentrum Solleveld een indrukwekkend beeld geschetst van de dorpsontwikkeling vanaf de 16e eeuw tot heden, een nostalgische terugblik op het boeiende wedervaren van de Bodegemse bevolking. Opnieuw werkte Peter zich als auteur in het voetlicht, ditmaal met de 68 pagina's tellende Brochure bij de tentoonstelling "Bodegem op oude kaarten".

Namens onze heemkring verleende Peter in 1996 ook zijn medewerking aan het boek 200 jaar vredegerecht Sint-Kwintens-Lennik waarin hij het gedeelte over de 19e eeuw voor zijn rekening nam.

Het was eind van datzelfde jaar dat Frans Van Droogenbroeck uit Affligem ons kringbestuur vervoegde. Uit hun samenwerking resulteerde nog geen jaar later een prachtige publicatie onder de titel Sint-Martens-Bodegem, van Franken tot Bourgondiërs (5e tot 15e eeuw). Peter schreef als gangmaker van de gedurfde investering het eerste deel van dit boek, waarin hij de Frankische oorsprong van de nederzetting Bodingahaim schetste en een omstandige etymologie ontwikkelde over het ontstaan van de gehuchtsnamen Honsem en Wolsem. Met de redactionele steun van Frans zou in 2006 Peters meesterwerk volgen: Vijfduizend Bodegemnaren. Sociaal-demografische geschiedenis van St-Martens-Bodegem (1665-1880).

De volgende jaren legde Peter zich vooral toe op de studie van de Bodegemse bijnamen. Hij deed dit in nauwe samenwerking met Jozef Crabbe die als geen ander de Bodegemnaren met naam en toenaam kende. Met deze studie wilde Peter op een wetenschappelijke wijze de ontstaansgeschiedenis van de bijnamen doorgronden, een objectief dat hem echter meesleurde in jarenlange opzoekingen en gepaard ging met urenlange interviews. Deze tijdrovende werkzaamheden geraakten tussen 2010-2011 enigszins op het achterplan, omdat Peter dan in beslag werd genomen voor het schrijven van een jubileumuitgave voor zijn school te Laken, wat in 2011 resulteerde in het boek Regina Pacisinstituut, meer dan 80 jaar Zusters der Christelijke Scholen in Verregat. Dat het boek Bodegemse Bijnamen. Glossarium van bijnamen uit de 19e en 20e eeuw te Sint-Martens-Bodegem toch al begin december 2014 (amper 5 maanden na zijn overlijden) kon verschijnen, was te danken aan zijn goede vriend Frans die de eindredactie van Peters historiografische nalatenschap op zich had genomen.

Dankzij zijn vele publicaties, spreekbeurten en culturele rondleidingen is aan Peter Van Rossem een ereplaats voorbehouden in het walhalla van de Bodegemse geschiedschrijvers. Onze heemkring is hem een enorme dankbaarheid verschuldigd voor het vele werk dat hij belangeloos aan ons dorp en de heemkring heeft gespendeerd. Om te eindigen zou ik hier de laatste paragraaf van het 'Ten geleide' van Frans in het boek Bodegemse Bijnamen willen parafraseren als volgt: In al zijn geschriften hechtte Peter Van Rossem een zeer groot belang aan de sociale achtergrond, steeds nieuwsgierig speurend naar de onderhuidse kroniek over vervlogen tijden en onbaatzuchtig gedreven door slechts één elementaire bekommernis: het verhaal van gewone mensen van vlees en bloed in de herinnering bewaren.

Ook wij allen zullen jou, goede vriend Peter, steeds in onze herinnering weten te bewaren.
Vaarwel.

Edgard Van Droogenbroeck




Peter als collega.

Peter Van Rossem verkrijgt de graad van licentiaat in de geschiedenis op 27 juni 1986. Tijdens zijn studies aan de Katholieke Universiteit Leuven legt hij zich vooral toe op de economische en sociale geschiedenis tot de industriële revolutie, de bevolkingsgeografie en de onomastiek ofwel de studie die de betekenis, de oorsprong en de verspreiding van namen onderzoekt. Deze beide specialisaties zouden hem later bij zijn historisch onderzoek in de schoot van de Bodegemse Kulturele Werkgemeenschap zeker van pas komen.

Peter Van Rossem

Te Parijs in 2007

Aangezien de onderwijssector omwille van de benoemingsstop in de jaren 80 geen werkzekerheid biedt, kiest Peter aanvankelijk voor een tewerkstelling bij het Ministerie van Spoorwegen, Zeewezen, PTT en Luchtvaart om vervolgens op 18 april 1988 zijn eerste geschiedenislessen ad interim te geven in de derde graad van het Heilig-Drievuldigheidscollege te Leuven.

Na het wegvallen van de beschikbare lesuren in Leuven, begint hij aan een lange reeks interimbanen in scholen van verschillende onderwijsnetten en studiedomeinen, gaande van Tienen over Sint-Genesius-Rode, Mechelen en Asse tot Halle. Dat hij de onderwijsmicrobe stevig te pakken had, getuigt het feit dat hij in februari 1989 het diploma van geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs behaalt om zo in aanmerking te kunnen komen voor vaste benoeming en zijn onderwijscarrière volwaardig uit te bouwen.

Peter Van Rossem

Te Parijs in 2010

Gedurende meer dan tien jaar pendelt Peter vervolgens tussen verschillende scholen waar hij telkens maar voor een paar uur is aangesteld. Begin september 1997 kan hij voor 10 lesuren aan de slag in de Sint-Martinusscholen TSO in Asse, waar hij reeds enkele jaren korte interimopdrachten vervult. De andere helft van zijn voltijdse betrekking vindt hij in het Regina Pacisinstituut in Laken als vervanger van de toenmalige leraar geschiedenis die er als directeur wordt aangesteld. Hiermee ontstaat eindelijk enige vorm van stabiliteit in Peters professioneel leven.

De komende zeventien schooljaren blijft hij zijn tijd en energie verdelen tussen zijn school van Asse en die van Laken. Met een natuurlijke afkeer voor alle conventionele onderwijstheorieën en zijn hekel aan het vele administratieve werk, ontwikkelt hij zijn eigen onderwijsstijl die honderden van zijn oud-leerlingen nog steeds is bijgebleven. Hij slaagt er daarbij in om de door leerlingen eerder als saai ervaren geschiedenisleerstof op een boeiende en sprekende manier aan de man te brengen.

Zijn passie voor cultuur en geschiedenis werkt verder ook aanstekelijk naar collega's toe en in een mum van tijd slaagt hij erin om in beide scholen een traditie van memorabele schoolreizen uit de grond te stampen waarbij hij geen uitdaging uit de weg gaat. Zijn motto is dat cultuur er via de voeten moet inkomen, niet via een boek en dat kunst en architectuur dienen om bekeken en bezocht te worden. Het beleven van een onvergetelijke reis voor de leerlingen staat bij hem dan ook absoluut centraal en zelfs de enkele keren waar hij binnen een van zijn scholen onvoldoende reisbegeleiding vindt om de reis te kunnen laten doorgaan, zoekt hij naar een externe oplossing om het project toch te kunnen doorzetten.

Peter Van Rossem

Te Rijsel in 2009

Talloze groepen leerlingen bezoeken zo in zijn kielzog de vele monumenten, kerken, maar ook pittoreske steegjes en andere bezienswaardigheden die geen toerist kent in onder meer Lille, Sevilla, Wenen, Bratislava, Parijs en Praag. De vele verhalen die na terugkeer op school de ronde doen, de herinneringen die worden opgehaald tijdens oud-leerlingenreünies en de vele reacties na zijn heengaan in juni 2014 bewijzen dat deze schoolreizen voor de leerlingen veel meer betekenen dan louter luisteren naar de gids vooraan. Het sociale en groepsvormende karakter van een studiereis stond bij Peter immers nog meer in de kijker dan het feit of een gebouw nu in barok of renaissancestijl is gebouwd of dat een bepaalde zuil nu uit echt marmer of gips bestaat.

Peter Van Rossem

Peter met zijn befaamde gidsfiches. De gidsing van elk gebouw of monument werd steeds minutieus voorbereid op één van zijn honderden handgeschreven steekkaarten

Alleen op dit vlak is het gemis van Peter Van Rossem onmetelijk groot. In beide scholen hebben de leerkrachten en de directies geen moment getwijfeld om de traditie van schoolreizen die Peter in het leven heeft geroepen door te zetten. Pas nu wordt beseft welke zware taak hij steeds op zich heeft genomen toen hij het gidsen van drie-of meerdaagse studiereizen steeds alleen voor zijn rekening nam, terwijl nu een viertal leerkrachten zich van deze taak moeten kwijten.

We blijven enigszins verweesd achter maar gaan, hoe moeilijk ook, onverminderd door. Collega Pirre zal nog voor vele jaren aanwezig zijn bij elke schoolreis van de leerlingen van de Sint-Martinusscholen TSO of het Regina Pacisinstituut. Hopend dat hij dan af en toe eens goed sakkert over een of andere pseudo-creatieve uitspatting die we aan het reisprogramma hebben toegevoegd en tegelijk van bovenuit na afloop glimlachend toekijkt en ziet dat het alweer goed was...

Dimitri Wouters

 
Peter Van Rossem

Peter bij zijn laatste Praagreis in april 2013. De rode rugzak was voor talloze leerlingen hét herkenningspunt van de gids. Geen opgestoken vlaggen-stokje of microfoon... Het ga je goed Peter...

Peter Van Rossem 2015



Peter Van Rossem

Kinderpasfoto van Peter

Peter Van Rossem

Het gezin Van Rossem-De Valck bij het huwelijk van dochter Annemie in 1982

Peter Van Rossem

De 20jarige Peter leest voor in de huwelijksmis

Peter Van Rossem

Op initiatief van onze heemkring was er na jaren terug een processie in Bodegem. Hier een eerste maal in 1989 naar het 100jaar oude kapelletje van Biesemans. Onze kringleden met Peter 'op kop' droegen het beeld van Sint-Martinus

Peter Van Rossem

Onze ervaren gids aan het werk in onze dorpskerk in 2009

Peter Van Rossem

Peter en de bestuursleden (uitgezonderd Rik De Brandt die was gehospitaliseerd) van onze heemkring bij de laatste algemene jaarvergadering op 23.2.2014. Toen wisten wij reeds wat er ging komen

Jarenvijftig 002

Hier signeert Peter zijn meesterwerk 5000 Bodegemnaren bij de boekvoorstelling op 18 november 2006. Peter Van Rossem, onze Bodegemse geschiedschrijver, zal voor altijd via zijn werken met ons en zijn geliefde dorp verbonden blijven

Naar boven Print deze pagina